In het voorjaar maak ik de wandelreis “Parque Natural Sintra-Cascais” van de reisorganisatie SNP. Het is een achtdaagse wandelreis door de mooiste parken en paleizen van het Portugese Sintra en langs de Costa Atlantica om te eindigen in de badplaats Cascais. Mijn tweede wandeldag maak ik een wandeling door de mystieke en mediterrane bossen van Natuurpark Sintra. Ik start mijn wandeling bij het Franciscaner klooster Convento dos Capuchos en heb bij het eind van mijn route uitzicht op Cabo da Roca, de westkaap van het Europese vasteland.

Convento dos Capuchos
Vroeg in de morgen brengt een taxichauffeur me naar de startpunt van de wandeling bij Convento dos Capuchos, een sober zestiende-eeuws Franciscaner klooster. Ondanks dat dit klooster het bezoeken waard is, is door de ligging van het klooster, het niet een toeristische trekpleister.

Ik ben de enige bezoeker van het convent. Ik koop een kaartje bij de vriendelijke mevrouw en ga het park in. Ik heb een kleine aanlooproute totdat ik bij het oude klooster kom.

“Convento dos Capuchos is in 1560 gebouwd in opdracht van de Portugese edelman dom João de Castro. Tot 1834 was deze abdij bewoond door de Franciscaner monniken”

Er heerst een mystieke sfeer rond de stenen gebouwen, die je met vele stenen trappen kan betreden. Ik passeer met mos begroeide kruizen enkom bij een verzameling stenen kapelletjes. Om de kleine vertrekken te kunnen bezichtigen moet ik vaak bukken vanwege de lage deurposten. Het klooster wordt ook wel het kurkklooster genoemd, omdat de kozijnen en deurposten van kurk waren. Ik maak een rondgang door het labyrint van gangetjes en kleine monnikenverblijven.

Ik maak nog een kleine wandeling door het park en loop weer richting de uitgang om vanaf daar mijn wandeling te starten. Ik loop een deel van de weg, waar ik met de taxi heen ben gereden. Ik moet een klein deel langs een autoweg lopen, waar ik af en toe wacht in de berm voor passerende auto’s. Al snel verlaat ik de drukke weg en maak een flinke klim over een bospad tussen eucalyptus bomen.

Het laatste deel van de route is zo steil dat ik op handen en voeten omhoog klim. Daarna wandel ik een tijd lang over een vlak bospad. Het doet me denken aan een wandeling in midden Portugal, die ik een aantal jaren geleden maakte. Kijk hieronder voor mijn blog.

Een lange tijd loop ik tussen de hoge eucalyptus- en dennenbomen en veren mijn wandelschoenen op de zachte ondergrond van dennennaalden en lange smalle eucalyptusbladen.
“Uit de bladeren van de eucalyptus wordt aromatische olie gewonnen. Een nadeel van deze olie is dat het bij temperaturen van meer dan 30 graden erg brandbaar is en daardoor vaak hevige bosbranden plaatsvinden.”

Hier en daar zie ik ook acaciabomen. Als je je hand om een acaciablad doet dan gaan de tere bladeren dicht.

Ik wandel even het dichte bos uit en heb een fraai uitzicht op de zee. In de borders bloeien vingerhoedskruid, madeliefjes, boterbloemen en fluitenkruid. Het is een hevig gezoem van hommels en vlinders.

Tholos do Monge
Ik loop even tussen de bloemenzee en kom uit bij de neolithische grafheuvel, “Tholos do Monge”, een enorme geologische paal in het bosachtige landschap.

Ook ligt hier een gedenkplaat van RAAF militairen, die omkwamen bij een grote bosbrand in september 1966. Ik kan echter de gedenkplaat niet vinden. Mogelijk komt het door het onderhoud, dat bij het monument is gepleegd.

Ik vervolg mijn route over een breed grindpad en kom bij een grote picknickplek met vele picknickbanken onder hoge bomen. Ik ga voorzichtig zitten op de tere zittingen van de banken om mijn meegebrachte chorizoworst te verorberen.

Bij de grote wandelwijzer snijd ik een klein deel van de route af, omdat ik door het broedseizoen van de Havik arend niet in de omgeving van het Megalithische bouwwerk Adre Nunes kan wandelen.
Nossa Senhora de Peninha
Ik zet de laatste steile klim van mijn wandeling in. Ik ga op een steil bospad omhoog. Het is een magisch pad omringd met bomen met kronkelige stammen en mos. Een groep met toeristen wandelt me tegemoet. Ze hebben waarschijnlijk een stop gemaakt bij “Nossa Senhora de Peninha”, het volgende kijkpunt van mijn wandeling. Het steile pad komt uit bij een open vlakte, waar ik het kapelletje op een heuvel zie.

“De kerk Nossa Senhora de Peninha werd gebouwd in 1710 op een plek waar al sinds tijden een kapelletje stond ter ere van de maagd Maria”

Ik maak een korte klim naar het terras van de kerk. De kerk is zelf niet te bezichtigen. Vanaf daar kan ik ver kijken en zie ik Lissabon aan de ene kant en de vuurtoren van Cabo da Roca, het westelijke puntje van de Europese vasteland, aan de andere kant. Er staat een behoorlijke wind als ik op het platje voor de kerk sta.

Het laatste deel van de wandeling gaat over een zand/grindweg naar beneden. Het eerste deel van het pad loop ik heel voorzichtig door de rollende stenen. Later is de weg beter begaanbaar. Het is mooi om te zien hoe de vegetatie langzaam verandert tijdens mijn daling. De hoge dennenbomen maken plaats voor struiken en een bloemenzee van madeliefjes en boterbloemen.

Het pad eindigt bij een weg waar ik nog een paar honderd meter langs loop om de bushalte te bereiken. Ik kan nog een paar kilometer lopen om het plaatsje Azoia te komen. Ik besluit om op de bus te wachten en niet verder te lopen langs de drukke autoweg, waar auto’s rakelings langs me gaan.

Hotel Nova Sintra
Tijdens mijn verblijf in Sintra overnacht ik in het Hotel Nova Sintra ongeveer één kilometer van het historische centrum en vlakbij het treinstation met treinen van en naar Lissabon. Het bevindt zich in het nieuwe deel van Sintra met voldoende restaurants en winkels op loopafstand. De kamers zijn eenvoudig, maar wel van alle gemakken voorzien en de vriendelijke gastheer laat niets aan het toeval over en is elk moment beschikbaar voor vragen.

“Parque Natural Sintra-Cascais”
Wil je meer weten over deze wandelreis van SNP “Parque Natural Sintra-Cascais” Kijk hieronder voor meer informatie.
Volg me ook via